Bij pleeg- en adoptiekinderen is het stress systeem bij de uithuisplaatsing vaak ontregeld, maar dit is niet altijd zichtbaar voor de nieuwe verzorgers. Helaas kan een ontregeld stress systeem niet makkelijk gemeten worden. Het meten van het dagelijks patroon van cortisol geeft aanwijzingen, maar een meta analyse van de huidige studies levert nog geen eenduidig resultaat (Grietens et al 2014).Er bestaan nog geen interventies voor het reguleren van het stresssysteem, hoewel sommige interventies er wel toe kunnen bijdragen dat het stress systeem normaliseert (van Andel et al 2014).
Jeugdtrauma's
Hoe meer jeugdtrauma’s iemand doorgemaakt heeft, hoe groter gezondheidsrisico’s. Wanneer iemand vier of meer typen jeugdtrauma’s heeft meegemaakt, worden de gezondheidsrisico’s op volwassen leeftijd indrukwekkend vergroot (ruim twee keer zoveel kans op b.v. kanker, hart en vaatziekten, depressie en diabetes) en de levensverwachting verlaagd. Zie ACE-website
en de TED Talk van Nadine Burke Harris.
Kennisflits 2018:1 Vertrouwde volwassene maakt groot verschil in gezondheidseffecten van jeugdtrauma
De impact van slechte omstandigheden in de vroege jeugd op psychiatrische aandoeningen bij volwassenen.
In deze studie wordt bij internationaal geadopteerden onderzocht of de slechte omstandigheden in hun vroege jeugd, voorafgaand aan hun adoptie, consequenties hebben voor psychiatrische aandoeningen wanneer ze volwassen zijn. Hiervoor werd bij 1.364 geadopteerden een gestandaardiseerd interview afgenomen, waaruit DSM-IV diagnoses werden gevormd. De adoptieouders leverden informatie over eventuele negatieve omstandigheden voorafgaand aan de adoptie en geestelijke gezondheidsproblemen in de kindertijd en adolescentie. Het bleek dat kinderen die meerdere negatieve omstandigheden hadden meegemaakt, op volwassen leeftijd een verhoogd risico hadden voor angststoornissen of middelengebruik. Verscheidene effecten bleven significant, ook wanneer gecorrigeerd werd voor geestelijke gezondheidsproblemen tijdens kindertijd en adolescentie. Uit deze studie blijkt dat slechte omstandigheden in de vroege kindertijd het risico op psychiatrische problemen in de volwassenheid verhogen, ook wanneer deze kinderen uit hun problematische omgeving gehaald zijn.
Van der Vegt E.J.M., Tieman W., van der Ende J., Ferdinand R.F., Verhulst F.C., Tiemeier H. 2009. Impact of early childhood adversities on adult psychiatric disorders. In: Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology
Vroege verwaarlozing en mishandeling voorspellen dagelijkse patronen in cortisolafgifte bij volwassenen. Een studie bij internationaal geadopteerden.
Bij dezelfde groep werd gekeken naar de relatie tussen verschillende niveaus van slechte behandeling voorafgaand aan adoptie en verlaagde cortisol niveaus en een veranderd patroon in cortisolafgifte door de dag heen op volwassen leeftijd. Het bleek dat de cortisolniveaus lager waren bij volwassenen waarbij de ouders gemeld hadden dat de kinderen voor adoptie zwaar verwaarloosd of misbruikt waren, dan bij kinderen waarbij dit niet gemeld was. Wanneer je de hellingshoek in de cortisol toename vergelijkt, is deze
lager bij kinderen waarbij zware verwaarlozing was geconstateerd. Bij kinderen die gemiddeld ernstig misbruikt zouden zijn, zag men hogere cortisolniveaus en een steilere dagelijkse cortisol afgifte helling. Deze studie veronderstelt dat de mate van vroege slechte behandeling van kinderen gerelateerd kan worden aan een basaal cortisol patroon.
Van der Vegt E.J.M, van der Ende J., Kirschbau ,C., Verhulst F.C., Tiemeier H. 2009. Early neglect and abuse predict diurnal cortisol patterns in adults A study of international adoptees. In: Psychoneuroendocrinology
Effecten van gescheiden worden van ouders: een natuurlijk experiment uit de Tweede Wereldoorlog
Vanuit proefdiermodellen is het bekend dat vroege scheiding van de moeder kan leiden tot levenslange veranderingen in de activiteit van de hypofyse-hypothalamus-bijnieras (HPA-as), die belangrijk is voor stressverwerking. Tijdens de 2e Wereldoorlog vond in Finland een soort natuurlijk experiment plaats bij jonge kinderen. Soms vond een scheiding van alleen de vader plaats doordat hij het leger in moest, soms van beide ouders als gevolg van een evacuatie. Hiermee kon een eventuele relatie tussen scheiding, veranderingen in de HPA-as en latere psychosociale stress tijdens de volwassenheid bestudeerd worden. Deelnemers aan het onderzoek werden onderworpen aan de Trier Sociale Stress Test (TSST), waarbij ook cortisol en ACTH (stimuleert de aanmaak van cortisol) werden gemeten.
Er bleek geen effect te zijn van de scheiding met de vader. Bij scheiding van beide ouders bleken cortisol en plasma ACTH concentraties in het speeksel wel verhoogd te zijn en bij de TSST test bleek een hogere speeksel cortisol reactiviteit. Bij vrouwen werd een hogere basis cortisol en ACTH gevonden, terwijl mannen een hogere reactiviteit lieten zien als reactie op de stresstest. Het effect was het grootst wanneer de scheiding plaatsvond tussen baby- en schooltijd. Hiermee is aangetoond dat scheiding van de ouders tijdens de kindertijd iemands stress-fysiologie tijdens het volwassen leven kan veranderen.
Pesonen, A. K., K. Raikkonen, K. Feldt, K. Heinonen, C. Osmond, D. I. W. Phillips, D. J. P. Barker, J. G. Eriksson, and E. Kajantie, 2010, Childhood separation experience predicts HPA axis hormonal responses in late adulthood: A natural experiment of World War II: Psychoneuroendocrinology, v. 35, no. 5, p. 758-767.
Evacuatiestudie uit Finland: Scheiding ouders heeft later negatief impact.
In Finland werden in de 2e Wereldoorlog veel kinderen geëvacueerd naar Denemarken en Zweden. De kinderen waren tussen twee en zes jaar oud en de evacuatie duurde gemiddeld 1,7 jaar. Deze evacuatie wordt gezien als een soort natuurlijk experiment voor het effect van een traumatische scheiding van ouders in de kindertijd. Pesonen en Raikkonen in Finland onderzoeken hoe het deze groep kinderen is vergaan via een vergelijkende studie met niet-geëvacueerde kinderen. Aan het onderzoek doen bijna 13000 kinderen geboren tussen 1934 en 1944 mee, waarvan 1726 (14%) geëvacueerd werden. Significante effecten van ‘early life stress’ worden gevonden voor psychiatrische aandoeningen en sterftekans, intellectuele mogelijkheden, stress, voortplanting en arbeidshistorie. Lees verder
(Pesonen & Raikkonen 2012).
Strelen werkt!
Veel strelen van de jonge baby compenseert effecten van stress tijdens de zwangerschap van de moeder. Veel stress van de moeder tijdens de zwangerschap activeert het stress-systeem van de ongeboren baby. Dit is aangetoond in dierproeven, maar ook kinderen van gestreste zwangere moeders bleken 29 weken na de geboorte minder stressbestendig, angstiger en meer geneigd tot boosheid te zijn. Bij dierproeven bleek het likken en verzorgen van de rattenmoeders een dergelijk geactiveerd stresssysteem weer tot rust te brengen. Nu blijkt dat zoiets bij mensen ook werkt: strelen en knuffelen van de pasgeboren baby (gemeten op 5 en 9 weken) kan de effecten van stress tijdens de zwangerschap teniet doen. De baby’s ontwikkelen zich dan emotioneel even goed als elk ander kind.
Sharp, H., Pickles A., Meaney M., Marshall K., Tibu F., et al. (2012) Frequency of Infant Stroking Reported by Mothers Moderates the Effect of Prenatal Depression on Infant Behavioural and Physiological Outcomes. PLoS ONE 7(10).
Risico angststoornissen en middelengebruik
Uit een Nederlands onderzoek bij een grote groep volwassen geadopteerden blijkt dat negatieve omstandigheden in de vroege jeugd effect kunnen hebben in de volwassenheid. Het blijkt dat dat slechte omstandigheden in de vroege kindertijd het risico op psychiatrische problemen in de volwassenheid verhogen, ook wanneer deze kinderen uit hun problematische omgeving gehaald zijn. Het gaat hierbij oa om angststoornissen en middelengebruik. Een eerder onderzoek bij deze groep liet al zien dat dat volwassenen die als kind in slechte omstandigheden hebben verkeerd een ander patroon van afgifte van cortisol, een stresshormoon, vertonen. (Van der Vegt 2009).
Leeftijdsgroepen
Uit een onderzoek in twee tehuizen in Sint Petersburg bleek dat het wijdverspreide gebruik van leeftijdsgroepen in tehuizen schadelijk kan zijn voor de algemene ontwikkeling van baby’s en dreumesen, met name in de ‘betere’ tehuizen waar de verzorgers sensitieve en responsieve contacten aangaan met de kinderen. Lees verder. (McCall 2012).